Een tekst schrijven lijkt in principe niet heel moeilijk, maar als je wil dat een tekst ook leesbaar is op alle fronten dan zijn er wel degelijk een aantal punten waar je rekening mee dient te houden. Zo kunnen de meesten waarschijnlijk wel bedenken dat lichtgrijze letters op een witte achtergrond niet handig zijn, maar welke kleurencombinaties kun je dan wel goed gebruiken? En welke lettergrootte zorgt ervoor dat mensen hun ogen niet hoeven samen te knijpen om het te kunnen lezen?
Hier worden kort op een rijtje de zes belangrijke lessen gegeven om een museumtekst leesbaar te maken.
A, B en C-teksten
Voordat wordt ingegaan op de leesbaarheid van teksten is het belangrijk te weten wat voor verschillende teksten je kunt tegenkomen in een museumsetting. Dit is in te delen in drie categorieën; de A, B, en C-teksten.
- A-teksten zijn algemene teksten die het thema van de tentoonstelling of zaal overkoepelen. Het is een introductie waarbij de museumbezoeker kennismaakt met wat hij/zij/hen kan verwachten. Zo wordt er een algemene achtergrond gevormd over de tentoonstelling. A-teksten hebben meestal een maximale lengte van ca. 250 woorden.
- B-teksten zorgen ervoor dat objecten in de tentoonstelling met elkaar verbonden worden. Wanneer een aantal objecten binnen hetzelfde thema vallen kunnen deze gekoppeld worden door er een B-tekst te schrijven. De maximale lengte van deze tekst is ca. 150 woorden.
- C-teksten zijn objectteksten. Deze tekst staat naast of vlak bij het object en geeft de museumbezoeker meer informatie over het object in kwestie. C-teksten bevatten vaak een vraag of een dialoog waardoor de lezer kan nadenken over wat deze heeft gezien. Een C-tekst is meestal tussen de 80-120 woorden lang.
Natuurlijk is het van belang dat deze drie verschillende soorten teksten inhoudelijk op elkaar aansluiten om zo een duidelijk verhaal te vormen voor de museumbezoeker. Er moet echter niet blindelings van uit worden gegaan dat een bezoeker alle tekstbordjes heeft gelezen, een verwijzing naar een tekst eerder uit de vooropgestelde route is daarom niet verstandig. Alle tekst moet het liefst ook afzonderlijk van elkaar te begrijpen zijn.[1]
Lettergroottes
Wanneer je een tekst schrijft die in een tentoonstelling gebruikt gaat worden is het wel zo handig als deze ook gemakkelijk leesbaar is voor het publiek. Je wil voorkomen dat mensen met een vergrootglas naar het museum moeten komen en ook dat ze helemaal aan de andere kant van de zaal moeten staan omdat de letters zo groot zijn als hun eigen handen.
De Smithsonian Institution, ’s werelds grootste museum, educatiecentrum en onderzoekscomplex[2], heeft voor museumteksten de volgende lettergroottes als ideaal voorgeschreven:
Titels 148pt
A-tekst (intropaneel) 100pt
B-tekst (gewone leestekst) 48pt
C-tekst (bijschriften) 14-24pt[3]
Deze voorschriften zijn geschreven met in het achterhoofd dat lezers ongeveer een meter van de tekst af zullen staan. Staan bezoekers verder weg dan komt er per meter leesafstand 12pt bij.[4]
Tekst per regel
Teksten waarbij te veel woorden op één regel staan zijn moeilijk om te lezen. Gemiddeld wordt voor een tentoonstellingstekst 55 karakters aangehouden. Daarbij tellen dus spaties, letters, nummers en interpunctie. Bij smallere kolommen tekst wordt 45-50 karakters aanbevolen.[5] Dit voorkomt dat mensen moeten lopen terwijl ze een museumtekst willen lezen omdat deze van punt A helemaal naar punt B op het paneel loopt. Bovendien gunt het je ogen meer rust.
Daarnaast is het fijn om vast te houden aan een vaste kantlijn waar de tekst begint, en deze zoveel het kan rond hetzelfde punt te laten eindigen. Een voorspelbaar beginpunt en woorden die netjes uitgelijnd staan maken een tekst veel gemakkelijker om te lezen.
Leesbaarheid
Natuurlijk is het ook van belang dat de het lettertype te ontcijferen is. Een lettertype met krullen en tierelantijntjes ziet er misschien wel spectaculair uit op een paneel, maar erg praktisch is het niet. Om te zorgen dat de meeste museumbezoekers gemakkelijk kunnen lezen wat er geschreven is worden de volgende punten aanbevolen:
- Schrijf geen volledige teksten in hoofdletters, gebruik hoofdletters enkel voor het begin van een zin of voor een titel;
- Vermijd schuingedrukte (italic) tekst, dit is lastig te lezen voor mensen met slecht zicht;
- Zorg voor een groot contrast tussen achtergrond en tekst (licht op donker – donker op licht);
- Plaats tekst zoveel mogelijk op een effen achtergrond, tekst op een foto of print maakt het lastig leesbaar en zorgt voor te weinig contrast tussen achtergrond en tekst.[6]
Voor meer voorbeelden over het contrast tussen tekst en achtergrond, do’s en don’ts en tips is deze website een aanrader.
Lettertypes
Het Smithsonian geeft een aantal lettertypes aan die geschikt zijn voor museumteksten. Dit zijn teksten zowel met als zonder schreef (Serif/Sans Serif).
Met schreef:
- Times New Roman
- New Century Schoolbook[7]
Zonder schreef:
- Helvetica
- Univers
- Futura Light
Lengte van zinnen
De lengte van zinnen is ook belangrijk om de leesbaarheid van teksten te vergroten. Daarom is het voorschrift om zinnen niet langer dan 25 woorden te laten zijn. De geprefereerde lengte is echter 15 woorden. Door korte en lange zinnen af te wisselen voorkom je dat lezers vermoeid raken en zorg je dat ze beter begrijpen wat je probeert te vertellen.[8] Niet iedere museumbezoeker heeft immers de tijd, zin of vaardigheid om uitgebreid museumteksten te lezen.
Om tekst-scannende bezoekers zoveel mogelijk informatie mee te geven is het verstandig om korte en bondige teksten te schrijven, en vooral ruimte over te laten voor een korte introductie in een groter lettertype aan het begin van het tekstbordje. Hierdoor krijgt de bezoeker snel belangrijke informatie mee zonder dat ze de hele tekst hoeven te lezen.[9]
Tekst: Caitlin Andriessen – Vormgeving: Cato Kuipers
[1] Platform Exhibitions, Soorten zaalteksten (onbekend), 1. http://www.platformexhibitions.org/wp-content/uploads/2013/06/Soorten-zaalteksten.pdf, geraadpleegd 7 september 2022.
[2] Smithsonian, “Welcome” (versie onbekend), https://www.si.edu/, geraadpleegd 7 september 2022.
[3] K. Buijn, Instructie lettergrootte voor museum teksten (onbekend), 1, https://ahknl.sharepoint.com/sites/grp-rwa-20-21-project-tentoonstellen/Lesmateriaal.pdf geraadpleegd 7 september 2022.
[4] Ibidem
[5] Smithsonian Accessibility Program, Smithsonian Guidelines for Accessible Exhibition Design. (Washington), 17, https://www.thc.texas.gov/public/upload/publications/Smithsonian%20Guidelines%20for%20accessible%20design.pdf, geraadpleegd 7 september 2022.
[6] Ibidem
[7] Ibidem
[8] Veertienelf, “Een tentoonstellingstekst die blijft hangen” (versie 7 mei 2015), https://veertienelf.nl/een-tentoonstellingstekst-die-blijft-hangen/, geraadpleegd 7 september 2022.
[9] Smithsonian Accessibility Program, Smithsonian Guidelines for Accessible Exhibition Design. (Washington), 17, https://www.thc.texas.gov/public/upload/publications/Smithsonian%20Guidelines%20for%20accessible%20design.pdf, geraadpleegd 7 september 2022.